De Europese Centrale Bank (ECB) is wel degelijk bezorgd over de recente stijging van de euro. Ook al voert de centrale bank geen officieel valutabeleid.
Dat maakte ECB-president Mario Draghi donderdag bekend, op de persconferentie naar aanleiding van het maandelijkse rentebesluit.
De ECB gaf donderdag aan voorlopig geen wijzigingen door te voeren in zijn monetaire beleid. De rentetarieven in de eurozone blijven op hun historisch lage niveaus en de omvang van het opkoopprogramma van de centrale bank wordt gehandhaafd op 60 miljard euro per maand.
Besluit over goedkoopgeldbeleid in oktober
Dit najaar, waarschijnlijk in oktober, besluit de ECB hoe de centrale bank wil omgaan met het goedkoopgeldbeleid in 2018. De ECB heeft lenen extreem goedkoop gemaakt, om de economische groei en de inflatie aan te wakkeren. De centrale bank streeft naar een inflatie van net geen 2 procent.
Draghi gaf bij de persconferentie aan dat de centrale bankiers redelijk tevreden zijn over het herstel van de economische groei. Dat zou ertoe moeten leiden dat prijzen van lonen en producten ook aantrekken. In dit licht zou het goedkoopgeldbeleid in de komende periode afgebouwd kunnen worden. Maar er zijn ook argumenten om dat niet te doen. Zoals de recente opmars van de euro tegenover de dollar.
Een sterke euro is onder meer slecht voor Europese exporteurs omdat hun producten duurder worden in het buitenland en ze dus minder concurrerend zijn. Tegelijk maakt de sterke euro importen goedkoper en daarmee heeft de euro een drukkend effect op de inflatie.
Euro beïnvloedt inflatie
De euro is belangrijk is voor de groei en inflatie, erkende Draghi donderdag. Dus daar moet de ECB rekening mee houden bij toekomstige beslissingen om rentes al dan niet te verhogen en het goedkoopgeldbereid af te bouwen.
Volgens Draghi heeft de ECB diverse scenario's besproken over het opkoopprogramma van obligaties - waarmee marktrentes momenteel worden gedrukt. Maar het is nog te vroeg voor beslissingen, aldus de president van de centrale bank.
De marktreactie op de uitlatingen van Draghi, was wellicht niet wat de ECB-president gehoopt had. De euro steeg donderdagmiddag tot boven de 1,20 euro. Daarmee lijken financiële markten erop te gokken dat de kans op een vertraging van de afbouw van het goedkoopgeldbeleid nog niet heel groot is.
(klik voor uitvergroting)